Het geloof
Voor de 18e eeuw was het geloof erg belangrijk in Europa. Mensen geloofden dat God de wereld had gemaakt. De Bijbel bepaalde hoe mensen moesten leven. Er was in die tijd ook erg veel bijgeloof. Als er een komeet door de lucht vloog, was dat bijvoorbeeld een teken van onheil. Ook geloofden de mensen in die tijd nog in heksen. Veel vrouwen werden ervoor vervolgd.

Andere culturen
In de tijd van de pruiken en revoluties, van 1700 tot 1800, werd dit allemaal anders. Doordat mensen op ontdekkingsreizen waren geweest, kwamen ze erachter dat er veel meer culturen waren. Mensen in andere landen geloofden in een andere god. Ook hadden zij een heel andere manier van leven. Hierdoor gingen de mensen in de westerse wereld ook anders tegen het leven aan kijken. Mensen ontdekten steeds meer.

Ontdekkingen
De Bijbel zei dat God de wereld nog maar een paar duizend jaar geleden had gemaakt. Maar toen mensen dinosaurusbotten vonden die miljoenen jaren oud waren, gingen ze hieraan twijfelen. Had God de wereld wel gemaakt? Ook waren er veel natuurkundigen en wetenschappers, zoals Isaac Newton, die veel onderzoeken deden. Isaac Newton ontdekte hoe het heelal werkte, terwijl mensen altijd dachten dat het heelal vol mysteries van God zat. Een komeet was helemaal geen teken van onheil, maar gewoon een natuurlijk ding in de ruimte.
 

1737, een komeet

Besturen van een land
Voordat mensen al deze ontdekkingen deden, werden in landen dingen vaak gedaan zoals de Bijbel dat zei. Er waren drie standen: de adel, de geestelijkheid en de burgers. Burgers hadden toen nog geen rechten. Maar toen mensen erachter kwamen dat niet alles in de Bijbel klopte, gingen ze twijfelen aan het geloof. Ook vroegen ze zich af of het wel zo’n goed idee was een land te besturen zoals de Bijbel dat zei. Mensen wilden burgerrechten en ze wilden meebeslissen over wat er in een land gebeurde.

Een lichtje ging branden
In de tijd van de pruiken en revoluties kwamen mensen er dus achter dat veel dingen niet waren zoals ze dachten. Daarvoor zat de wereld vol met mysteries die niet verklaard konden worden. Door alle ontdekkingen die mensen tijdens de 18e eeuw deden, konden ze deze mysteries plotseling wel verklaren door gewoon logisch na te denken. Er ging bij veel mensen een lichtje branden. Daarom noemen we deze tijd ook wel de Verlichting.